A4 : Een eerste ontmoeting

Mijn atomaschriftje heeft een blad minder.

Verfrommeld en verschrompeld ligt het in de prullenmand. De tekst was te donker, te zwartgallig en gevuld met een aan sarcasme grenzende ironie. Ik moet nog wennen aan het buddy zijn…..oh dat zal wel lukken maar wennen aan de aandoening, dat is een ander paar mouwen.

Zuchtend, met slepende voeten bijna,  het atoma schriftje meegenomen naar buiten, naar mijn denkbank, mijn kleine denktank, mijn cocon. Hector vrolijk huppelend mee, uitkijkend naar de katten van de buren of naar zijn vriendin, Kathleen onze kip. Niet dat het liefde is met die kip, eerder een cohabiteren tussen hond en hennetje. Kathleentje heeft een mooie kippenren maar houdt liever hof in de bomen of het struikgewas, ’t kieken.

Op een mooie pinksterdag

Op de bank dus, ja die van de foto, samen met mijn schriftje min één blad. Luxe is : in een schrift je bedenksels en gedachten neerpennen, je kan de bladeren eruit rukken, trekken, scheuren. Met Windows 10 of een ander Ai ( lees ai zoals de pijnkreet of een Engelse i) product komt dit duur uit. Mozes had niet voor niets stenen tabletten mee van de berg….ah iedere organisatie begint bescheiden.

De schamele lentezon verdrijft mijn duistere gedachten en deze gaan weer, geamputeerd van hun zwarte kant, naar waar ze horen te zijn, bij  “de Ventiel wandeling” op mooie tweede Pinksterdag.

Op een mooie Pinksterdag, wie zong dat ook weer? Google leert me wie maar goh ja ‘t lied ken ik wel maar die lange en die kleine zijn me eigenlijk onbekend. Uit een musical van Annie M.G. Schmidt? Ja die ken ik wel, voorgelezen heb ik uit haar boeken “Jip en Janneke”, “ Pluk van de petteflet” ( nooit geweten wat een petteflet is),  maar wat ik niet wist : peter van “Het Ventiel” Rick de Leeuw heeft het ook nog  gezongen.

Nu ja wat wil je, als je  je middelbaar hebt afgewerkt in de stad waar Walter Grootaers van “De Kreuners” is geboren, dan is het woord toeval niet van toepassing. En beschuldig me nu niet van voorkennis, ik ken “ Het Ventiel” nog niet zó lang. J Oh trouwens in mijn klas zat Paul de broer van …dat verraad ik jullie nu nog niet. Geduld waarde lezer, een mooie deugd.

Op een mooie, tweede, pinksterdag dus. Gudrun staat al vol enthousiasme te zwaaien van zodra Els en ik uit de auto stappen. Hector, onze Spaanse waterhond,  is even enthousiast, kwispelstaartend springt hij uit de kofferruimte ( we rijden met een “break” ,of wat het Nederlandse woord ook moge wezen, dit om de dierenvrienden gerust te stellen).

Mijn enthousiasme evenwel is omgekeerd evenredig met mijn twijfels, mijn ongerustheid. Lood heb ik in de wandelschoenen voor die laatste meters naar de “ventieleurs”, de” ventielisten”, de “ventieliers”; of hoe noemen ze sympathisanten van “ Het Ventiel”? Lezers graag advies hier, doe een voorstel. Het zou handig zijn om hiervoor een woord te hebben, moet ik het niet steeds omschrijven. En neen, “Ventieltjes” is geen optie.

Hartelijk worden we begroet, Patrick  kende ik al, hij mij herkende me, ( dit had ik niet verwacht, ik ken dus jandorie niets van deze aandoening); Hector kocht me ondertussen tijd, de tijd nodig om mij aan te passen.

Leve Hector

Later zei ik tegen Gudrun : ik kom niet graag in een omgeving waar ik haast niemand ken. Daarom neem ik graag Els mee of mijn hond Hector en het is een familiewandeling, dus nog méér onbekenden. Antwoord van Gudrun met een stralende, ontwapende lach : kun je je voorstellen wat het is als persoon met jongdementie om je steeds in een onbekende omgeving te bevinden? Weer wat bijgeleerd.

Doet me eraan denken dat ik aan “Het Ventiel” moet vragen welke voornamen ik mag gebruiken en welke niet. Maar deze blog is bedoeld om jongdementie uit het onbekende te halen, dus waarde mensen alle hulp is welkom, suggesties, opbouwende kritiek, ( positieve feedback noemen ze dat nu ), indrukken, dialoog hou je vooral niet in.

Hector had ondertussen met haast alle deelnemers aan de familiewandeling kennis gemaakt, heel wat eerder dan ik maar dat zal aan zijn aaibaarheidsfactor liggen. Tegen zijn natuurlijke charme kan ik niet op. Met gelach, gejoel en gekir wordt de wandeling met een bezadigd tempo gestart. Ogen en oren heb ik tekort om alle indrukken te verwerken. Zijn dit dementerende mensen?  Zoveel openheid, vriendelijkheid en familiaal gedrag had ik niet verwacht. Het lijkt eerder een vriendenclub van kameraden die mekaar al jaren kennen, zonder leeftijdsverschil zonder onderscheid tussen wie, wat, waar. Vrolijke leeftijdsgenoten van me, die, jammer genoeg, één ding meer hadden dan ik : jongdementie. Maar in een oogopslag viel dit niet te zien. Wat ik zag, hoorde en voelde valt moeilijk te omschrijven. Een meer geoefende pen zal dit waarschijnlijk met gemak kunnen omschrijven, mij valt het zwaar te verwoorden. Dezelfde aandoening en toch zo gevarieerd, zo verschillend, zo individueel en zo anders. Te weinig weet ik ervan, Gudrun vragen, die als een”Gentil Organisateur” van de Club Med de wandelaars een aangename dag bezorgt.

Guido Gezelle

Pas na een hele tijd op de wandeling had ik het door : de groep wordt nog door mensen begeleid, discreet met stille oogwenken en onopvallende gebaren, steeds op de achtergrond zorgend dat niemand verdwaald, wegloopt of achterblijft. Met stille discretie. Respect voor die mensen die hun vrije tweede Pinksterdag opofferen. Gezelle had kunnen zeggen :” Wie stil en onbedwongen alles voor een ander doet….”

Breed uitgewaaierd keuvelde de wandelgroep verder over een relatief breed wandelpad. Het ( of zou het “de” zijn?) “ Tempus pissendum ” ( leve het Kerklatijn )  had deugd gedaan voor een aantal van de deelnemers, Hector had ik aan Els overhandigd om een babbeltje te slaan met een partner van een jongdementie patiënt(e), geen naam, weet je moet ik nog nagaan. Een jonge jogger met Ai oortjes in de gehoorgang, om van de muziek opgeslagen op zijn Ai apparaat te kunnen genieten, trachtte voorbij de groep te stomen. Kwaad, nijdig haast, keek hij om  ( Ai oogjes bestaan nog niet, voorlopig) naar die groep” ouden”, allen met een schild op van “ Het Ventiel” behalve ikzelf ( ik moet tot mijn schande bekennen : het thuis vergeten ), die er verantwoordelijk voor waren dat zijn ronde van 5 km nu 3 seconden langer zou uitvallen. Toen hij het brede pad weer voor zich alleen had dacht ik : loop maar jongeman, jou pad is nu weer breder geworden, voor een groot deel van onze groep versmalt het, met de dag.

Lang, langer,langst

Deze wandeltocht is mijn langste ooit. Geen nachtelijke mars tijdens mijn legerdienst, geen wandeltocht van Wandelsport Vlaanderen vzw, de wandelfederatie,  komt in afstand ook maar in de buurt van deze wandeling die ik, in mijn hoofd althans, iedere dag minstens drie keer loop. Of om het met Kloos te zeggen : een allerindividueelste expressie van een allerindividueelste emotie. En dat is geen kunst.

Ben ik dan toch een biljartbal in ’t diepst van mijn gedachten?

Gepubliceerd door

marckesteloot

Geboren in België ( Izegem 1959) en getogen in Duitsland, Neheim-Hüsten ( 1959-1977). Studeerde economie in Gent ( UG 1977-1981), gehuwd met Els en heb twee kinderen. Ik woon in Waregem en mijn interesses gaan uit naar middeleeuwse geschiedenis en basket.

Geef een reactie

Gelieve met een van deze methodes in te loggen om je reactie te plaatsen:

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s